Elektrisch varen in Amsterdam

In Amsterdam groeit de belangstelling voor elektrisch varen snel. De stad investeert fors in een schonere en stillere leefomgeving en maakt daarom duidelijke keuzes voor de toekomst. Veel watersporters vragen zich af wat dit concreet betekent: vanaf wanneer wordt elektrisch varen verplicht, in welke zones gelden de regels, wat kost een ombouw naar elektrisch en waar kun je straks laden? In dit artikel zetten we de belangrijkste punten helder op een rij en helpen we je op weg richting een emissievrije manier van varen.

Amsterdam voert per 1 april 2025 een uitstootvrije zone in voor pleziervaartuigen in het centrum. Dit betekent dat boten die varen op verbrandingsmotoren dan niet langer welkom zijn binnen het aangewezen gebied. Alleen schepen die volledig elektrisch varen, waterstof gebruiken of op spierkracht varen mogen het centrum dan nog in. Het naar verwachting grootste deel van de binnenstad, inclusief de wateren binnen de Singelgracht, valt binnen deze zone.

Voor eigenaren die nog een ouder vignet hebben, geldt een beperkte overgangsperiode. Ook die loopt echter snel af. Wie in het centrum van Amsterdam wil blijven varen, doet er verstandig aan om tijdig actie te ondernemen. Rond 2030 breidt de uitstootvrije verplichting zich bovendien uit naar het gehele Amsterdamse stadsgebied. Daarmee wordt elektrisch varen de standaard voor alle typen schepen, van kleine sloepen en zeiljachten tot grotere motorboten en rondvaartboten.

Voor alle boten is een geldig vaarvignet verplicht, zowel binnen als buiten de uitstootvrije zone. Of uw boot nog in de zone mag varen, hangt af van het soort vignet en wanneer u het heeft gekocht.

• BHG-vignet: toegang tot 1 januari 2030.
• Doorvaartvignet: geldig tot uiterlijk 1 januari 2028.
  • vignet uit 2023: toegang tot 1 januari 2026
  • vignet uit 2024: toegang tot 1 januari 2027
  • vignet uit 2025: toegang tot 1 januari 2028
• Varend Erfgoed (FVEN-register): toegang tot 1 januari 2030 met vignet en FVEN-pas.

Voor veel booteigenaren betekent dit dat de keuze voor elektrisch varen niet alleen duurzaam en comfortabel is, maar ook noodzakelijk om in de toekomst toegang te houden tot de Amsterdamse wateren.

De kosten voor een ombouw variëren sterk per type boot, de gewenste actieradius en de configuratie van motor en accu. Een kleinere sloep van zes tot acht meter kan in veel gevallen worden omgebouwd voor bedragen vanaf ongeveer tien tot achttienduizend euro. Grotere sloepen van acht tot tien meter vallen vaak in de categorie vijftien tot vijfentwintigduizend euro.

Zeiljachten tussen zes en twaalf meter hebben doorgaans een bredere bandbreedte, vaak tussen de twaalf- en dertigduizend euro, afhankelijk van de beschikbare ruimte en de gewenste vaartijd op de motor. Voor motorboten van tien tot twaalf meter ligt de investering hoger; bedragen tussen de vijfentwintig en vijfenveertigduizend euro zijn gangbaar. Grotere schepen, zoals rondvaartboten, vereisen zwaardere aandrijflijnen en grotere accupakketten. Hiervoor beginnen de kosten vaak rond de veertigduizend euro en kunnen ze oplopen tot ver boven de honderdduizend euro.

De uiteindelijke prijs wordt vooral bepaald door de maat van het accupakket, de benodigde motor, de bestaande staat van het schip en eventuele werkzaamheden aan de techniek aan boord. Maatwerk speelt hierbij een grote rol. Denk aan het aanpassen van de schroefas, het integreren van een nieuw 48V-systeem of het vervangen van een loodzuur huishoudbank door lithium. Hoewel een elektrische ombouw een investering is, profiteer je van veel lagere gebruikskosten, stilte aan boord en een toekomstbestendige installatie.

Wie wil weten wat voor zijn of haar boot mogelijk is, kan een technische beoordeling laten uitvoeren. Een inspectie geeft snel inzicht in de kosten, benodigde onderdelen en de meest geschikte configuratie.

Liever zelf ombouwen? Kijk bij Bootombouwen.nl voor de opties.